Oefenen, volgen, toetsen of examineren

Foto van Randy Fath

Toetsen zijn er in allerlei soorten en maten. Ze worden ingezet als activiteit in het leerproces, als instrument om de ontwikkeling van een leerling vast te stellen en als examen om te bepalen of een leerling beschikt over de kennis en vaardigheden om een diploma te ontvangen. Daarnaast heb je oefeningen, toetsen en examens die je kunt afnemen, maar ook opdrachten die je in kunt leveren of kunt uitvoeren. Voor deze variatie in toetsen heb je als school andere zaken te regelen om keurig te toetsen.

Des te groter het belang, des te hoger de kwaliteitslat

Bij de ontwikkeling van Toetskeurig realiseerden we ons dat het belang van de toets direct invloed heeft op de kwaliteitseis die je als school dient te stellen aan de validiteit, veiligheid en vertrouwelijkheid. In het algemeen kun je stellen dat de toets moet weten wat hij moet meten. Een toets dient dus te allen tijde valide en betrouwbaar te zijn. De vergelijkbaarheid, veiligheid en vertrouwelijkheid daarentegen kunnen echter verschillen.

In het geval van bijvoorbeeld het centraal examen is het van cruciaal belang dat het examen álle examenleerlingen in het vo correct beoordeelt, de afname volkomen veilig is en dat de vertrouwelijkheid strikt wordt geborgd. Voor een mondelinge of schriftelijke overhoring tijdens de les is het vooral van belang om de leerlingen in die groep te kunnen beoordelen en zijn veiligheid en vertrouwelijkheid geen noodzakelijkheid. De kwaliteitseis aan toetsen op je school ligt dan ook hoger zodra het belang van de toets groter is.

De varianten van toetsen geordend

Voor de ontwikkeling van ons instrument hebben we een inventarisatie gemaakt van de varianten van toetsen. Deze varianten hebben we op een rijtje gezet en geordend.

Met voorbeelden uit het primair en voortgezet onderwijs

We hebben de toetsen langs twee assen geordend. Op de eerste as is het doel van de toets geplaatst:

  1. Oefenen telt niet mee en geeft een leerling (en docent) inzicht en feedback over de voortgang van het leren door de leerling. De resultaten op oefeningen worden alleen ingezet voor het leerproces van de leerling. Het belang van oefenen is laag.

  2. Volgen telt soms mee en geeft een docent, mentor, IB-er of kwaliteitsmedewerker inzicht in het (vaardigheids)niveau van de leerling. Volgtoetsen, diagnostische toetsen, verdiepingstoetsen en verwachtingstoetsen zijn methode-onafhankelijk en landelijk genormeerd. Hierdoor geven ze een objectief inzicht dat gebruikt kan worden om het onderwijs aan te laten sluiten op de behoefte van de leerling. Het belang van volgen is middel.

  3. Toetsen telt mee en resulteert in een cijfer of oordeel over de ontwikkeling en/of beheersing van een leerling. De resultaten op toetsen worden meegenomen in de het oordeel of een leerling bevordert naar een volgend leerjaar. Het belang van toetsen is middel.

  4. Examineren bepaalt of je als leerling zakt of slaagt voor je studie. Op basis van deze uitkomst ontvang je als leerling al dan niet een officieel diploma. Het belang van examen is hoog.

Een tweede interessante les tijdens de ontwikkeling van Toetskeurig was dat niet alle onderwerpen van toepassing zijn op alle soorten van toetsen. Je hoeft bijvoorbeeld bij een praktijkexamen houtbewerking waarin de kandidaat een werkstuk moet creëren geen rekening te houden met digitale monitoring en een veilige modus op het device van de leerling. Voor een digitale toets is dit daarentegen cruciaal. En in het geval van een inleveropdracht zoals bijvoorbeeld een (project)verslag is het regelen van plagiaatdetectie erg nuttig. Op basis hiervan hebben we de tweede as van toetsactiviteit toegevoegd:

  1. Afnemen is de activiteit voor bijvoorbeeld theorietoetsen of een kijk- en luistertoets die je ter plekke maakt als leerling. De antwoorden van de leerling worden automatisch nagekeken.

  2. Inleveren is de activiteit voor opdrachten of werkstukken die je zelfstandig uitvoert en op een vooraf bepaalde datum inlevert. Het werk van de leerling wordt beoordeeld conform vooraf vastgestelde beoordelingscriteria.

  3. Uitvoeren is de activiteit voor opdrachten die een kandidaat ter plekke laat zien en doet zoals een mondeling, een presentatie of het uitvoeren van een praktijkexamen. De uitvoering ervan wordt ter plekke beoordeeld door een assessor.

Waar ligt de prioriteit van jouw school?

Voor iedere variant ligt de lat om als school Toetskeurig te toetsen anders. Je kunt hiermee als school zelf bepalen waar je prioriteit ligt. Ga je eerst alles regelen voor de proefwerken? Of toch meteen voor de schoolexamens? De vragenlijsten en de scoring houdt rekening met je voorkeur en adviseert je specifiek voor jouw keuze tussen proefwerk of schoolexamen.

Mocht je interesse hebben in een andere toetsvariant, stuur dan een bericht naar info@toetskeurig.nl en we bekijken samen met jou of we voor jouw variant een vragenlijst, scoremodel en rapportage kunnen ontwikkelen.

Vorige
Vorige

Doe-het-zelf dashboard

Volgende
Volgende

Digitaal toetsen? Niet aan beginnen. (1/3)